Engelenwoede

Erik Gouderak is tevreden met zijn leven als echtgenoot, vader, marathonloper en predikant. Maar zijn vrouw Luus vindt dat zijn werk veel te veel van haar man vraagt, en van het gezin. Ze wil een normaal leven leiden, met een duidelijke scheiding tussen werk en privé, met vrije avonden en vrije weekends, 'net als andere mensen. Engelenwoede begint op de dag dat Luus Erik voor de keus zet: hij moet kiezen tussen zijn vrouw en zijn predikantschap. In afwachting van zijn besluit trekt ze voor onbepaalde tijd bij een familielid in. Zo goed en kwaad als het gaat houdt Erik het huishouden gaande. Daarbij wordt hij met name geholpen door Daniël, zijn veertienjarige zoon die het hip vindt om uren in de keuken door te brengen en het ene na het andere exotische gerecht uit te proberen. Dochter Saar ligt liever met een boek op de bank dan dat ze bijdraagt aan het huishouden.
Vanaf het vertrek van zijn vrouw houdt Erik een dagboek bij waarin hij nadenkt over zijn leven met Luus, en waarin hij zijn dagelijkse beslommeringen als predikant en vader van twee puberende kinderen van commentaar voorziet.
Aanvankelijk lukt het Erik niet om greep te krijgen op de ontstane situatie. Hij mist zijn vrouw, maar tegelijk is hij vreselijk kwaad op haar. De confronterende gesprekken die zij na haar vertrek met elkaar hebben, vergroten zijn verwarring alleen maar. Eriks persoonlijke zorgen kleuren ook het dagelijkse werk in zijn kerk. Het inzegenen van het huwelijk van een stralend bruidspaar voelt opeens als een loden last. Terwijl hij intens meeleeft met een ongeneeslijk ziek gemeentelid en diens mysterieuze vrouw, ontdekt hij dat hij jaloers is op de intense band die die twee met elkaar hebben. Het valt hem ook niet mee om de wekelijks preek tot een goed einde brengen – een klus die Luus tot voor kort regelmatig voor hem klaarde, met een wonderlijk gemak. In alle eerlijkheid vraagt Erik zich af of zijn core-business als predikant, het verkondigen van Gods Woord, een huwelijkscrisis wel waard is. Erik lijkt de greep over zijn leven helemaal te verliezen, wanneer hij in een eenzame Paasnacht via het internet contact legt met een onbekende vrouw. Het resultaat van zijn internetavontuur is een afspraak met een aantrekkelijke hardloopster, een date die een hilarisch verloop zal hebben.
Op het moment dat Erik weer wat tot zichzelf begint te komen en opnieuw ontdekt hoe dierbaar zijn roeping als predikant hem is, geeft Luus aan bij hem terug te willen komen. Juist doordat zij afstand van hem heeft genomen, ziet zij in hoe belangrijk Erik voor haar is. Maar nu is het Erik die zich afvraagt of hij nog wel verder wil met Luus. Hij is zijn onvoorwaardelijke vertrouwen in zijn vrouw kwijt. Hebben Luus, met haar door en door aardse karakter, en hijzelf, met zijn hang naar het geestelijke, ooit wel echt bij elkaar gepast? Had Luus eigenlijk niet gewoon gelijk, toen ze bij hem wegging? Terwijl Luus steeds duidelijker toenadering zoekt, houdt Erik af. Op een lange brief, waarin zij op een aangrijpende manier vertelt, hoe een ervaring in haar jeugd bepalend is geweest voor haar levensbeschouwing, antwoordt hij niet eens.
Dan krijgen de kookgrage Daniël en de boekenlezende Saar genoeg van het gestuntel van hun ouders. Daniël verlaat zijn keuken, Saar haar bank en met een onconventionele actie grijpen ze samen in. Op de laatste bladzijden van Engelenwoede zal pas blijken hoe creatief en zelfs wonderlijk hun ingrijpen is geweest. Niet dat alle problemen tussen Erik en Luus zijn opgelost, maar de weg die voor hen ligt is niet meer onbegaanbaar.
Engelenwoede doet een zowel aangrijpend als humoristisch boekje open over het leven in een eigentijdse pastorie. Door de dagboekvorm raakt de lezer vanaf de eerste bladzijde betrokken bij de intieme en eigenzinnige belevingswereld van de hoofdpersoon. Maar Engelenwoede is meer dan het verhaal over een tobbende predikant en zijn eigentijdse vrouw. Engelenwoede is ook, en misschien wel vooral, een ideeënroman waarin de moderne